De letters van Leo zijn overal

24 juli 2018

Leo van den Berg is decorateur en letterschilder. De feilloze hand waarmee hij dat doet, is terug te zien op diverse stadsmuren in Rotterdam en ook op die van Villa Augustus. Op zijn 67-ste is Leo nog altijd druk met zijn vak. ‘Het is het mooiste wat er is.’ 

Begin dus bij Leo niet over zoiets als ‘pensioen’. Want daar doet hij dus niet aan. ‘Ik hou van hard werken. Nog steeds.’ Dagelijks staat hij wel weer ergens op een ladder of steiger staat om op ramen of muren te tekenen. En de uren die voor hun vrijetijd overschieten, gaan ook steevast op aan actie. Met echtgenote Ina gaat Leo veelvuldig kanoën tussen de Zuid-Hollandse eilanden en op zee (die bij zijn huis in de Hoeksche Waard zo ongeveer achter hun deur begint). 

Verder is hij dan ook nog vogelaar, trompettist en een meer dan enthousiast liefhebber van de twintigste-eeuwse muziek van met name Igor Stravinsky. Van Le Sacre du Printemps heeft hij met geestverwanten Wim Witteman en dirigent Frank Adams elke noot en danspas bestudeerd en geanalyseerd. Ook over zijn liefde voor letters kan Leo gemakkelijk een paar uur over volpraten. 

Het zat er al vroeg in

Op zijn werktafel heeft hij stapels foto’s, boeken en catalogi klaarliggen om zijn verhaal mee te illustreren. Dat verhaal begon al op zijn achttiende, toen hij als vanzelf in zijn beroep rolde. ‘Ik kom uit een groot en allesbehalve kunstzinnig arbeidersgezin, maar als kind al was ik doorlopend aan het tekenen. Naar de kunstacademie mocht ik niet van mijn vader, omdat dat wel op werkloosheid moest uitdraaien. Maar direct nadat ik van de ambachtsschool af kwam, was al snel duidelijk dat mijn toekomst in het decoratief schilderen lag.’

Leo leerde het vak bij reclame-atelier Mineur in Rotterdam door de plakkaten te tekenen waarop kruideniers en warenhuizen hun kassakoopjes aanprezen. Al gauw beschilderde hij bovendien de bedrijfswagens, ramen en uithangborden van de middenstand en de horeca. Van de hoogtijdagen waarin de beste bioscoopfilms met geschilderde scènes daaruit onder de aandacht van het grote publiek werden gebracht, pikte hij ook het laatste graantje mee. Zo werden de koppen van onder anderen Lee van Cleef en Charles Bronson in The Magnificent Seven werden op witgeschilderd krantenpapier vereeuwigd door de alleskunners van Mineur.  

Van muurschilderingen tot olietanks tot race-auto's

Tientallen schilders, illustratoren en ontwerpers hebben de afgelopen halve eeuw dankbaar gebruikgemaakt van Leo’s meesterhand. Wie een opdracht kreeg voor een muurschildering, voor het decor van een ballet of de belettering van een tentoonstelling of gebouw, die belde met hem. Daarnaast wisten olieconcerns als Shell, Esso en Mobil, boorplatforms, grote havenbedrijven en sponsors hem te vinden wanneer hun logo op een helikopterdek, hijskraan, schoorsteen, opslagtank of race-auto moest verschijnen. 

Leo heeft zich altijd op zijn gemak gevoeld in al die milieus waarin hij terechtkwam en er jarenlange vriendschappen aan overgehouden. Hij werkte onder anderen met architect Rem Koolhaas, de beeldend kunstenaars Daan van Golden, Klaas Gubbels, Breyten Breytenbach, Woody van Amen, Hans Wap, met Hans Citroen, Cor Kraat en Willem van Drunen van het Rotterdamse collectief Kunst & Vaarwerk, voor museum Boijmans, kunstcentrum Witte de With en het Nederlands Danstheater. 

Wiebelend aan de Euromast

In 1993 was het ook Leo die de titel van een tentoonstelling van Lawrence Weiner, As long as it lasts, over de hele lengte van de Euromast verfde. 90 vierkante meter tekst, opgebracht vanuit een bakje waarin hij ongezekerd hoog boven Rotterdam wiebelde. Een andere, iets minder beroemde paal, die hij beschilderde is die van Kunst & Vaarwerk op het Zuidplein in Rotterdam, waarop voorpagina’s van dagblad Het Vrije Volk tot in de fijnste details en levensgroot zijn afgebeeld. De kunstwerken dateren van begin jaren tachtig en zijn daarom ook enigszins door de tijd aangetast, maar naar zich sinds kort laat aanzien is er op korte termijn geld beschikbaar voor hun restauratie. 

Met oprichters Dorine de Vos, Daan van der Have en Hans Loos ontstond een blijvende band nadat Leo in 1993 door hen was benaderd voor het beletteren van de oostgevel van Hotel New York (naar een typografisch ontwerp van Willem van Zoetendaal) én voor de restauratie van de enorme zeekaart in de balzaal van het hotel, voorheen de directiekamer van de Holland Amerika Lijn. Leo reconstrueerde dat monumentale vertrek trouwens ook nog eens helemaal op schaal voor een expositie in het Maritiem Museum in Rotterdam, zoals hij ook de creatie van de ‘Mammoet-steppe’ in History Land (Hellevoetsluis) voor zijn rekening nam en dessins voor theaterkostuums tekende.

Respect voor de kunstenaar

‘Maar ik heb me nooit zelf als kunstenaar gezien hoor’, wil hij wel beklemtonen. ‘Het artistieke heeft me nooit aangetrokken. Als je zegt: ik wil een portret van jouw hand dan kan ik dat voor je maken, maar ik zal er zelf geen schilderen omdat ik zo nodig kunst wil bedrijven. Ik ben een vakschilder die een project uitvoert voor een kunstenaar of ontwerper die zelf niet op een steiger wil of mag staan, en ik vertaal hem of haar werk naar de plek en de ondergrond waarop het moet verschijnen. Ik zal een café of elders ook nooit zeggen dat een muurschildering of een ander kunstwerk mede “van mij” is; je moet er de nodige afstand toe bewaren. Zeker ook uit respect voor de kunstenaar.’

Voldoening van zijn werk, en dat van zijn broer Henk met wie hij vaak samenwerkt (‘Die kan kleuren mengen, gewoonweg geniaal!’), heeft Leo toch wel. In zijn huis hangen aquarellen van Dolf Henkes en werken van andere kunstenaars met wie op hij gezamenlijke projecten in de publieke ruimte kan terugkijken. Uit zijn archief toont hij schetsen en brieven van Klaas Gubbels, wiens uit duizenden herkenbare koffiekannen hij op het naar de schilder vernoemde paviljoen in Beesd schilderde. Nuchter: ‘Klaas had de grootste bewondering voor wat we bij Mineur in dat opzicht voor hem konden betekenen, maar hij zei ook: “Het zullen nooit echte Gubbels’ zijn”. En daar heeft hij natuurlijk gelijk in.’

Letters schilderen is het allermooist

Vraag Leo waar in zijn vak zijn hart nou het felst van gaat kloppen, en hij hoeft geen seconde over zijn antwoord na te denken. ‘Letters! Dat heb ik als jongen al altijd het mooiste werk gevonden, en dat geldt voor mij nu nog. Typografie, dat is iets… het evenwicht dat je erin vindt, dat vloeiende, dat egale, al die subtiliteiten in letters. Prachtig als een hoek niet haaks is, maar net een tikkie meer doorgaat. Dat voelen, dat zíen – ja, als je zoiets met andere mensen kunt delen, dat is toch fantastisch?!’ 




 


 


  • Letters van Leo in de markt van Villa Augustus, naar het ontwerp van Dorine de Vos

    Letters van Leo in de markt van Villa Augustus, naar het ontwerp van Dorine de Vos

  • Aan het werk met het opbrengen van de nummers van de nieuwe waterkamers

    Aan het werk met het opbrengen van de nummers van de nieuwe waterkamers

  • De versregel boven op de waterkamers is van Slauerhoff, naar ontwerp van Willem van Zoetendaal

    De versregel boven op de waterkamers is van Slauerhoff, naar ontwerp van Willem van Zoetendaal

  • Uit Leo's archief: belettering van een olietank in de haven

    Uit Leo's archief: belettering van een olietank in de haven

  • De zuil van Kunst & Vaarwerk op het Rotterdamse Zuidplein

    De zuil van Kunst & Vaarwerk op het Rotterdamse Zuidplein

  • Muurschildering van Hans Wap op het Noordereiland, aangebracht door Leo

    Muurschildering van Hans Wap op het Noordereiland, aangebracht door Leo

  • Letters van Leo in de markt, naar het ontwerp van Dorine de Vos

    Letters van Leo in de markt, naar het ontwerp van Dorine de Vos

  • Gedicht van Jan Eijkelboom op een van de muren van Villa Augustus, opgebracht door Leo

    Gedicht van Jan Eijkelboom op een van de muren van Villa Augustus, opgebracht door Leo