In memoriam Jan Freriks

3 januari 2024

Vlak voor kerst overleed Jan Freriks op 94-jarige leeftijd. Jan was jarenlang de oudste medewerker van Villa Augustus en ongetwijfeld ook de meest geliefde. Al vanaf  2005 was hij nauw betrokken bij de aanleg en onderhoud van onze tuinen en boomgaarden. Dankzij de enorme hoeveelheid kennis en geduld die Jan op het gebied van de teelt en de vormsnoei van fruit meebracht, is hij als leermeester voor ieder van ons van onschatbare waarde geweest.


Jan werd in 1929 in het Overijsselse Wijhe geboren. Hij doorliep de 'landbouw-winterschool' en de fruitteeltvakschool in Terwolde, waarna hij als onderzoeker op proefboomgaard De Schuilenburg in Lienden uitgroeide tot een deskundige op zijn hele vakgebied. Zijn illustere naam in de horticultuur verwierf hij echter als specialist in de teelt en de 'beredeneerde snoei' van leifruit, een lastig onder de knie te krijgen techniek, met 'achter elk knipje een gedachte'. 

Tuinbroeder Petrus van de voormalige Sion-abdij van de trappisten in Diepenveen en tuinbaas Otten van landgoed De Gelder in Wijhe brachten hem de fijne kneepjes van de beredeneerde snoei bij. 'Om goed snoeien te leren, heb je een mensenleeftijd aan ervaring nodig', schreef de Leeuwarder Courant ooit over dit specialisme. 

Jan schreef er in 1994 met Wybe Kuitert het boek Hovenierskunst in palmet en pauwstaart over, drie jaar later gevolgd door De teelt van Leifruitbomen, en in 2014 door Leifruit voor beginners. Daarnaast bleef  hij tot op zeer hoge leeftijd actief als (meewerkend!) adviseur. Op landgoederen en historische buitenplaatsen adviseerde hij jongere collega's over de aanleg en onderhoud van leifruit en hoogstamboomgaarden. In Villa Augustus wijdde Jan niet alleen onze tuinders in de geheimen ervan in, maar ook geïnteresseerde bezoekers die zich konden inschrijven voor een snoeicursus.


In 2013 benoemde de koning hem tot ridder in de Orde van Oranje-Nassau voor zijn verdiensten op zijn vakgebied. Twee jaar erna werd Jan bovendien een instant-levende legende door de film Portret van een Tuin van Rosie Stapel. Zwijgzaam en in opperste concentratie als hij doorgaans in de tuin was, voerde  Jan ook daarin amper het woord. Maar waar de film ook vertoond werd, van Berlijn tot New York en van Toronto tot Brazilië: het beeld van Jan in zijn verschoten, blauwe overall en met zijn onafscheidelijkje alpinopetje maakte zelf al wel een onuitwisbare indruk. 

Portret van een Tuin brengt de vier seizoenen op Landgoed Dordwijk, de zustertuin van Villa Augustus, in kaart, en het vele werk dat in die jaargetijden bij het onderhoud van de tuin komt kijken.  Jan is erin te zien met zijn tuindersleerling Daan van der Have. Hun arbeid voltrekt zich voornamelijk in stilte.

Een typerend, ultrakort dialoogje uit de film:

Daan: ‘Zouden we niet iets belangrijkers te doen moeten hebben dan pruimen dunnen, Jan?’

(Stilte.)

Jan ‘…Wat bijvoorbeeld dan?’

(Nog meer stilte.)

Daan: ‘…Precies.’


'Jan wilde altijd met de tuin bezig zijn. Voor hem bestond er niets anders'

Daan van der Have (foto) en Hans Loos zijn de eigenaren van Villa Augustus en Landgoed Dordwijk. Van hun tweeën is Daan degene die er van begin af aan over de moestuinen en boomgaarden waakt. Om zich in de fruitteelt te bekwamen, kreeg hij jaren achtereen intensief praktijkonderricht van Jan. Tussen de oude meester en zijn leerling-tuinman ontstond een hechte en bijzondere band. In ons jubileumboek Villa Augustus 2007-2017 vertelde Daan er dit verhaal over::

'Landgoed Dordwijk dateert uit het jaar 1630 en de eigenaren hebben er altijd over een moestuin   beschikt. Maar toen Hans Loos en ik op de buitenplaats gingen wonen, was daarvan weinig meer over. In de boomgaard stond halverwege de jaren negentig nog een enkele juttepeer die het jaar daarop ook omviel, dus ik moest bij de restauratie van de tuin weer helemaal opnieuw beginnen. Van begin af aan stond vast dat ik die weer in zijn oorspronkelijke staat wilde herstellen, dat wil zeggen: zoals hij op ontwerpen van tuinarchitect Jan David Zocher uit 1850 voor het laatst in kaart was gebracht.

'Dit is 'm, hem wil ik er graag bij hebben'

'Met zo'n ambitie realiseer je je ook snel genoeg dat je dat zelf echt niet kan. Ik moet eerlijk bekennen dat ik rond die tijd van bijvoorbeeld een boom niet veel meer wist dan dat er takken en bladeren aangroeien. En het telen en verzorgen van fruitbomen leer je bovendien niet uit een boekje. Ik moest dus iemand zien te vinden die de kennis van ál die verschillende fruitbomen nog paraat had.

'Na lang zoeken, belandde ik op een dag in de tuin van Landgoed Queekhoven aan de Vecht bij Breukelen, waar Jan in de tuin de leibomen aan het snoeien was. Ik zag hem bezig en wist: dit is 'm, hem zou ik er graag bij hebben. Hij is kort erna op Dordwijk [foto hieronder] komen kijken, was erg onder de indruk en heeft toen zijn hulp toegezegd. Samen zijn we begonnen aan wat uiteindelijk een project van zeventien jaar zou worden.


'Jan heeft voor Dordwijk en later ook samen met mij voor Villa Augustus het plan gemaakt voor de fruitbomen die er staan, en voor het leifruit dat we er telen. Het hield in dat hij zo'n vijf keer per jaar steeds voor twee dagen naar Dordrecht kwam om mij het vak te leren.

'Ik denk dat het wel acht jaar heeft geduurd voordat ik het allemaal in de vingers kreeg. Het opkweken van een fruitboom in al zijn variëteiten is al een métier op zichzelf, maar de vormsnoei van met name leibomen is weer een heel andere discipline. Er zijn momenten geweest dat ik het werkelijk niet meer zag zitten: ik dacht ik kap ermee, ik leer het toch nooit.

'De fruitteelt is zijn leven, zijn alles'

'Werken met Jan was ook niet heel gemakkelijk, hoor. De fruitteelt is zijn leven, zijn alles. Hij is ongelofelijk toegewijd en compromisloos. Je krijgt serieus op je flikker als je het in de tuin niet goed doet. Hij sabelt je weliswaar niet ter plekke neer, maar je wordt wel heel duidelijk op je plaats gezet. Zo hebben de tuinbazen van wie hij het ambacht heeft geleerd hem zelf ook opgevoed. Met harde hand. Daar heb ik het ook nog best lastig mee gehad, haha - een karakterologisch dingetje.

'Wel grappig in dit verband is dat Jan zich toch ook niet helemaal op zijn gemak voelde in die rol. Ik was niet alleen zijn knecht uiteraard, maar tegelijk ook de eigenaar van de buitenplaats met wie hij werkte. Dat had hij in zijn lange loopbaan nog niet eerder meegemaakt. In de tuin was het dus overdags 'je' en 'jou' tegen mij, maar als hij me daar buitenom benaderde was het steevast 'geachte Daan' en 'u'.

'Een wandelende encyclopedie op zijn vakgebied'

'Onze samenwerking is door de jaren heen uitgegroeid tot een vriendschappelijke relatie, al betekende dat niet dat we in de tuin van alles met elkaar bespraken. Jan wil het liefst alleen maar over zijn vak praten, alle andere zaken die je aanroert interesseren hem hoegenaamd niet. Hoewel dat niet betekent dat de gebeurtenissen in de wereld hem ontgaan, overigens. Want zo af en toe bracht hij inzichten te berde die ik nog altijd niet ben vergeten.

'Hij vindt het ook onbegrijpelijk dat ik naast het tuinieren nog ander werk heb. Volgens Jan moet je alle uren van de week met je tuin druk zijn en met niets anders. Die instelling heeft hem gemaakt tot wie hij is: een wandelende encyclopedie op zijn vakgebied. Die man weet zó onwaarschijnlijk veel, en dat gaat van de bodemprofielen van een tuin tot en met de insecten die erin leven. Hij heeft alles wat erover te weten valt systematisch en tot in het kleinste detail in zijn hoofd opgeslagen.

'Jan deelt die kennis heel graag met anderen, of het nou beginnende of gevorderde tuinders zijn. Hij kan er echt van genieten om in de tuin van Villa Augustus met een groepje cursisten aan de slag te zijn en dan de ogen van iedereen op zich gericht te weten als hij bij de muren met zíjn leifruit is aanbeland. Dát is zijn grote trots.

'Al het gesnor eromheen, zoals de film Portret van een Tuin die we over zijn werk hebben gemaakt, dat boeit hem niet. Wel doet Jan al tien jaar lang ook niets liever dan lunchen in het restaurant van Villa Augustus. Elke keer als hij er aanschuift, zegt hij het weer: "Dit is nou echt goed eten, ik voel het aan mijn lichaam!" En daar ben ik dan op mijn beurt natuurlijk weer hartstikke trots op.'